Werk je als coach en adviseer je over voeding? Dan heb je zeker iets aan de adviezen in dit artikel.
Voordat je een klant feedback kan geven op diens voedingspatroon is het natuurlijk handig dat je allereerst weet wat diegene eet en drinkt. Je kan het jezelf én de klant makkelijker maken door hiervoor gebruik te maken van een app. Dit kan bijvoorbeeld in ‘Mijn Eetmeter’ van het Voedingscentrum of de FIT-app.
Er zijn geen gouden regels over hoeveel dagen de klant moet loggen. Maar hoe meer dagen de klant logt, hoe meer inzicht jij krijgt in het voedingspatroon. Daarnaast is het ook handig om ook een weekenddag mee te nemen. Het kan zijn dat de klant in het weekend anders eet dan doordeweeks.
Voordelen van de app ‘Mijn Eetmeter’:
De app ‘Mijn Eetmeter’ heeft een aantal voordelen:
- Een groot voordeel is dat een deel van jouw werk als coach al voor je wordt gedaan. Het laat bijvoorbeeld zien in hoeverre de gelogde voeding overeenkomt met de richtlijnen uit de Schijf van Vijf en welke keuzes er buiten vallen. Ook geeft het suggesties voor verbeteringen.
- Daarnaast geeft deze app een uitdraai van het aantal calorieën, macronutriënten en micronutriënten. Je krijgt per onderdeel suggesties van wat je zou kunnen verbeteren.
Richtlijnen bij het loggen om aan de klant mee te geven
De volgende richtlijnen kun je de klant meegeven:
- Houd alles bij. Denk hierbij ook aan de halvarine op de boterham en de bakolie bij het avondeten, de dressing bij de salade en suiker bij de thee. Vergeet ook niet om te loggen hoeveel vocht je inneemt. Dus ook frisdrank, water, thee en koffie.
- Benadruk dat we als mens geneigd zijn om te onderrapporteren. Denk bijvoorbeeld aan die ene eetlepel olijfolie die eigenlijk 2 keer zo veel is.
- Beschrijf welke soort melk of product je neemt. En wat is de inhoud? Wat is een beker bijvoorbeeld? Vraag de klant zo veel mogelijk voedingsproducten te wegen; dit is een stuk accurater dan ‘een beker’ of ‘een lepel’.
- Vraag aan de klant of diegene wil noteren hoeveel zout wordt toegevoegd aan de maaltijd.
- Vraag aan de klant wat voor diegene handige tijdstippen zijn om de voeding te loggen. Wij raden aan om dit direct na het eten te doen. Dit omdat uit de praktijk blijft dat mensen vergeten wat ze allemaal die dag hebben gedronken en gegeten. Heeft de klant hier geen tijd voor dan kan diegene ook foto’s maken (als geheugensteuntje) bij het loggen. Die kan de klant ook naar jou toesturen. Zo kun je ook gelijk zien of bijvoorbeeld een portie pindakaas ook echt één portie is.
- Vraag of alles voor de klant duidelijk is. Soms hebben klanten vragen die ze misschien niet durven te stellen. Wees dit voor en ga voldoende in gesprek.
Portiegrootte
- Hoe groot is een portie? Je kunt hiervoor de klant diens voeding laten afwegen en de tips meegeven uit de vorige module.
- Een andere handig hulpmiddel is om foto’s te laten maken om naar jou op te sturen.
- Het is goed om te weten wat het gewicht en de voedingswaarde zijn van bepaalde standaardporties van producten. Weet bijvoorbeeld dat een plak voorgesneden kaas 30 gram is. Een klein schaafje kaas bevat ongeveer 5 tot 8 gram. Meer over hoeveel gram of milliliter een theelepel of eetlepel is bij een bepaald voedingsmiddel lees je in dit artikel over hoeveelheden.
Waar beoordeel je gelogde voeding op?
Het kan best schrikken zijn als je voeding logt in ‘Mijn Eetmeter’. Bij veel mensen worden veel van de richtlijnen niet (volledig) gehaald. Je zult daardoor merken dat bij de micronutriënten niet alle balkjes in het groen staan. Vertel de klant om hier niet van te balen.
Om te voorkomen dat de moed in de schoenen zakt is het goed om te benadrukken wat de klant al goed doet. Leg daarbij de focus op denken in termen van verbetering in plaats van perfectie. Merk je dat een klant heel onregelmatig eet, dan is het belangrijk om met kleine stapjes meer structuur aan te brengen.
Het is ook van belang dat je de klant niet overspoelt met feedback, maar het werkt vaak beter om je richten op 1 tot 3 verbeterpunten per keer. Overleg samen waar de klant het liefst aan wilt werken en waar de meeste winst valt te behalen. Het is bijvoorbeeld voor de gezondheidswinst belangrijker om van geen fruit naar 2 stuks fruit per dag te gaan dan een handje noten per dag. Soms hoeft de klant niet volledig conform de richtlijnen te eten. Dit is aan de klant om te bepalen.
Merk je dat een nieuw doel een gewoonte is geworden, dan ga je pas naar de volgende. Meer over hoe je iemand kunt coachen leer je in de module ‘Hoe help je iemand in de praktijk?’.
Calorie-inname
Het eerste punt waar je het voedingspatroon op kunt beoordelen is de totale hoeveelheid kilocalorieën.
Dit doe je door bij een aantal dagen de totale energie af te zetten tegen de energie-inname die nodig is om af te vallen.
Wij raden het aan om de klant niet te ‘snel’ af te laten vallen’, oftewel niet te weinig te laten eten. Een inname van 250 tot 500 kilocalorieën onder onderhoud levert vaak nog voldoende voedingsstoffen. Je kunt dit controleren in de app ‘Mijn Eetmeter’.
Er wordt vaak beweerd dat te snel afvallen het risico verhoogt op dat de klant terugvalt. Maar hier zijn de wetenschappelijke inzichten niet eenduidig over [1]. Wat wel bekend is, is dat als je te snel afslankt je mogelijk een tekort ontwikkelt in voedingsstoffen. Controleer dus voor je klant of ze voldoende macro’s en micro’s binnenkrijgen.
Staar ook niet blind op calorieën, maar richt je samen vooral op welke voedingskeuzes de klant maakt en wat diens eetgewoontes zijn.
Macronutriënten-behoefte
Eiwitten
Afhankelijk van de doelstelling van de klant bepaal je hoeveel eiwitten hij of zij nodig heeft. Wanneer de klant een dierlijk voedingspatroon volgt kun je dit gewoon uit voeding halen. Voor klanten die een volledig plantaardig voedingspatroon volgen en aan krachtsport doen is aan te raden om een eiwitshake te nemen. Het is namelijk lastig om alleen uit plantaardige voeding genoeg eiwitten binnen te krijgen. Goede keuzes zijn bijvoorbeeld erwten- of soja-eiwitten. Deze bevatten namelijk het volledige aminozuurprofiel.
Mijn Eetmeter heeft de richtlijn op 0,8 gram per kilogram en deze is vaak te laag voor mensen die willen afvallen of aan sport doen. Je zult dit daarom moeten omrekenen naar de doelstelling van de klant. Voor klanten die willen afvallen en niet sporten raden we 1 tot 1,2 gram eiwit per kilogram lichaamsgewicht aan. In de bovenstaande grafiek zie je terug welke percentages wij aanraden. In de onderstaande tabel zijn deze percentages omgerekend naar gram per kilogram lichaamsgewicht per dag. Klanten die wel aan sport doen, kunnen zich aan de onderstaande richtlijnen houden:
Vetten
Het is handig dat de app al aangeeft of je voldoende vetten binnenkrijgt. Daarnaast krijg je ook feedback over of het voedingspatroon te veel verzadigd vet bevat.
Vervolgens kun je hier mooi op inhaken. Eet de klant te weinig onverzadigde vetten? Of krijgt hij of zij te veel verzadigde vetten binnen? Ook hier geeft Mijn Eetmeter al handige tips voor.
Samen kunnen jullie kijken welke tips voor de klant bruikbaar zijn.
Vezels, vochtbehoefte en micronutriënten
Verder krijg je ook feedback op de totale hoeveelheid vezels, in hoeverre je voldoende vocht binnenkrijgt en of de gelogde voeding op desbetreffende dag voldoende vitamines en mineralen levert.
Het is wel belangrijk om naar het grotere plaatje te kijken. Niet elke dag zal de klant alle variabelen in het groen hebben staan. Het gaat om het gemiddelde over een langere periode. Wees dus niet bang als dit iets afwijkt. Verder in dit in artikel leer je welke tips je de klant kunt meegeven om te variëren. Voor de zekerheid kun je de klant diens voeding wat langer laten loggen.
Plantaardig voedingspatroon
Bij een volledig plantaardig voedingspatroon is het heel lastig om aan voldoende vitamine B12 te komen. Het is dan aan te raden vitamine B12 te suppleren en vleesvervangers te kiezen die verrijkt zijn met extra vitamine B12.
Weet je niet zeker of je klant voldoende vitamine B12 binnenkrijgt? Check dit dan met de app Mijn Eetmeter van het Voedingscentrum.
Zout
De meeste mensen krijgen met hun dagelijkse voeding ongemerkt te veel zout binnen. Een eerste stap om de inname van zout te verminderen is te stoppen met het toevoegen van zout aan de maaltijden. Veel mensen vinden het lastig om te eten met minder zout. Je raakt gewend aan de smaak van zout en in het begin kunnen de maaltijden nogal smakeloos zijn. Toch zijn er meerdere manieren om lekker te blijven eten en het zout in het eten te verminderen.
In het volgende artikel vind je verschillende tips die helpen om de klant minder zout te laten eten.
Maaltijdtiming
Er zijn steeds meer aanwijzingen voor dat ‘maaltijdtiming’ ook van invloed is op de gezondheid.
Op dit moment is het advies om dagelijks te beginnen met een ontbijt, regelmaat te hebben in het voedingspatroon en het liefst niets meer te eten na 20.00 uur ‘s avonds. Deze adviezen kun je de klant meegeven. Werkt de klant vaak in ploegendiensten, dan zijn er uitzonderingen. Lees ook het artikel over voedingsadvies bij ploegendiensten.
Punten om op te letten:
- Eet de klant vaak nog laat op de avond? Vraag dan door op wat het effect is op het slaapritme.
- Heeft de klant een onregelmatig eetpatroon? Het is goed om hier op door te vragen. Vaak geeft de klant aan dat hij of zij dit moeilijk vindt. Samen kun je tijdens het coachingsgesprek dit probleem tackelen.
Zuivel
Neemt de klant ook dagelijks zuivel? De richtlijn van het Voedingscentrum is 2-3 porties per dag. Kies het liefst hierbij voor de magere en de halfvolle variant. Heeft de klant een verhoogde eiwitbehoefte dan kun je hem of haar bijvoorbeeld kwark of Skyr-yoghurt aan raden. Sojayoghurt is een prima plantaardige vervanger.
Kaas
Een andere richtlijn is om dagelijks 40 gram kaas te nemen. Laat de klant het liefst voor 30+-kaas kiezen.
Bereidingsvetten
Laat de klant dagelijks diens boterhammen besmeren met halvarine. En gebruik bak- en braad vloeibaar om in te braden. Bereidingsvetten zijn een belangrijke bron van vitamine A.
Volkoren graanproducten of aardappelen
Neem het liefst bij het avondeten dagelijks volkoren graanproducten of aardappelen. De richtlijnen verschillen per leefstijdscategorie en geslacht. Meer hierover lees je hier.
Variatie andere voedingsbronnen
Zoals al eerder naar voren kwam is variatie heel belangrijk om ervoor te zorgen dat je alle voedingsstoffen binnenkrijgt. Het is belangrijk om het voedingspatroon van de klant hierop te beoordelen.
Punten om op te letten en de klant mee te geven:
- Groenten: De richtlijn is 250 gram groente per dag. Wissel daarbij 3 tot 4 verschillende groentesoorten door de week af. En varieer met de kleur groente: rood, groen, geel. Let ook op dat tijdens de bereiding een gedeelte van de groente verloren gaat. Hoe je dit per type groente om kunt rekenen lees je in dit artikel over porties van groente.
- Fruit: De richtlijn voor fruit is 2 stuks per dag. 1 stuk is 100 gram. Ook bij fruit geldt de leidraad om met kleuren te variëren. Lees hier meer over met welke fruit je kunt variëren en wat het gezondste fruit is.
- Brood: Kies het liefst voor volkorenbrood of bruinbrood. Brood bevat o.a. jodium. In dit artikel over hoe gezond brood is lees je meer over waar je brood mee kunt variëren. Hoeveel brood je per dag nodig hebt lees je hier.
- Vlees afwisselen: Eet het liefst niet elke dag vlees of alleen vis. Het advies van het Voedingscentrum is om wekelijks 2 dagen mager rund- of varkensvlees, 2 dagen kip, 1 dag vette vis en 1 dag peulvruchten en 2-3 eieren per week.
- Voldoende drinken: Drink 1,5 tot 2 liter water per dag. Onder vocht valt ook kraanwater, thee en koffie.
Soms is het aantal gelogde dagen te kort om te zien of de klant alle punten afvinkt. Bij online coaching laten we de klant daarom vaker loggen en gaan we stapsgewijs aan de verbeterpunten werken.
Supplementen
De klant kan in principe alles uit diens voeding halen. Focus je dus primair op gezonde voeding en niet direct op shakes of supplementen.
Wat wel?
Toch zijn er een aantal supplementen die een meerwaarde kunnen hebben:
- Vitamine D: Wij raden vitamine D aan voor iedereen in Nederland tijdens de wintermaanden. In de zomermaanden heeft het voor de meeste mensen geen meerwaarde om dit te slikken. Er gelden uitzonderingen. Lees hier meer over vitamine D en het passende advies.
- Vegetariërs, veganisten en ouderen (vooral met maag-/darm-infecties) hebben extra vitamine B12 nodig. Meer hierover lees je in dit artikel over veganisten en vegetariërs.
- Mensen die langdurig snel afvallen met een lage energie-inname lopen het risico op een vitamine- en mineralentekort. In dit geval is het verstandig om een diëtist te raadplegen.
- Vrouwen die zwanger willen worden hebben extra foliumzuur nodig.
- Eiwitshakes: Als de klant een gevarieerd, gezond en eiwitrijk voedingspatroon hanteert krijgt hij of zij in principe voldoende eiwitten binnen. Voor veganisten wordt dit een stuk lastiger. Voor deze groep kan een eiwitshake nuttig zijn.
Wat niet?
Er zijn een aantal supplementen die wij afraden, waaronder:
- pre-workouts.
- testosteronboosters (want: werken niet).
- fatburners.
- vitaminepillen waarvan de dosering de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid overschrijdt.
Ervaring opdoen
Dit waren de richtlijnen die handig zijn om gelogde voeding mee te beoordelen. Nu is het de kunst om dit in de praktijk te gaan oefenen. De praktijk is vaak wat minder afgebakend en met name in de beginfase als coach kan het soms wat tijd kosten om de verbeterpunten van iemand duidelijk te formuleren. Dat is helemaal niet erg en je zult naarmate je steeds meer ervaring opdoet, leren om steeds sneller patronen te zien in iemands voedingspatroon.