Een paar kilo afvallen krijgen de meeste mensen nog wel voor elkaar. Maar een bepaald gewichtsverlies behouden komt zelden voor en lukt maar ongeveer 10 tot 15 procent van de mensen die zijn afgevallen [1].
Hoe kan het dat de ene klant het wel lukt op gewicht te blijven en de ander terugvalt? Er zijn veel factoren die helpen bij gewichtsbehoud, maar één daarvan steekt er met kop en schouders boven uit. Namelijk zelfeffectiviteit.
Wat zelfeffectiviteit precies is en hoe je daar als coach op in kunt spelen lees je in het volgende artikel.
De rol van zelfeffectiviteit bij gewichtsbehoud
Zelfeffectiviteit speelt een belangrijke rol binnen de zogenaamde sociaal-cognitieve leertheorie van Bandura, waarover je hier meer leest.
“Kort gezegd is zelfeffectiviteit het geloof dat iemand heeft om een specifieke gedraging succesvol uit te voeren”.
Zelfeffectiviteit kun je bijvoorbeeld terugzien bij een toegewijde coachingsklant met een bepaald voornemen. Zoals bij iemand die minder alcohol wil drinken, en zeker weet dat hij het voortaan bij Spa rood houdt op de vrijdagmiddagborrel. Of denk aan een klant die de smaak van het sporten te pakken heeft gekregen, en zeker weet dat het gaat lukken om drie keer per week intensief te bewegen. Beide klanten scoren hoog op zelfeffectiviteit; ze hebben er vertrouwen in dat ze het voorgenomen gedrag gaan vertonen.
Waarom is zelfeffectiviteit nu iets om mee te nemen in jouw werk als professional? Dit heeft alles te maken met de kans op succes van jouw klant. Uit verschillende onderzoeken blijkt namelijk dat mensen die hoog scoren op zelfeffectiviteit vaker hun nieuwe, lagere gewicht vol weten te houden. Dit komt waarschijnlijk omdat deze mensen, die meer vertrouwen in hun eigen kunnen hebben, beter om kunnen gaan met risicosituaties [1][2][3]. Je kunt hierbij denken aan:
- Sociale druk op feestjes of familie-etentjes.
- Stress. Uit onderzoek blijkt dat mensen die hoger scoren op zelfeffectiviteit vaker gezondere copingstrategieën hebben om met stress om te gaan.
- Voedselverleidingen. Mensen met een hoge zelfeffectiviteit kunnen hier beter mee omgaan.
Je zult begrijpen dat een klant met amper vertrouwen om niet te zwichten te midden van hapjes, borrels en gezelligheid eigenlijk een stuk lagere kans van slagen heeft dan iemand die op een feestje zonder moeite ‘nee dankje’ zegt tegen alles dat niet bij diens doel past.
Wil jij meer grip op je coachingstraject als (toekomstig) professional? Klanten beter kunnen helpen met de juiste coachingstechnieken, modellen en gesprekstechnieken? Wij helpen je graag met onze nieuwe cursus: ‘Hoe help je een klant naar een blijvend resultaat?’ Meer informatie over de cursus vind je via de volgende link.
Hoe vergroot je de zelfeffectiviteit bij klanten?
Duidelijk is nu wel: heb je een doel voor ogen, dan kan de mate van jouw zelfeffectiviteit flinke invloed hebben op de slaagkans. Het goede nieuws is dat zelfeffectiviteit te beïnvloeden is, en wel via (kleine) succeservaringen.
Op die manier wordt het vertrouwen van je klant dat diegene de juiste gedragskeuzes maakt in bepaalde situaties vergroot. Immers: de vorige keer of keren lukte het diegene ook zich aan diens gedragsdoel te houden.
Uit onderzoek komt naar voren dat zo’n succeservaring, hoe klein ook, bijdraagt aan het beeld dat diegene van zichzelf op dat moment heeft: als een persoon die zich aan diens voornemen kan houden in een bepaalde situatie. Andersom werkt het overigens ook; een negatieve ervaring doet afbreuk aan de zelfeffectiviteit. Idealiter wil je zien dat de klant succeservaringen op succeservaring meemaakt, en beter weet om te gaan met negatieve ervaringen.
Om het iets minder cryptisch te maken, gebruik ik wederom het voorbeeld van de klant die minder wil drinken. Normaliter drinkt hij op de vrijdagmiddag een paar biertjes met zijn collega’s, in een kring op het werk. Nu hij als doel heeft om minder te drinken, kiest hij voor Spa rood. Dat gaat hem makkelijk af; hij was toch al een van de weinige drinkers en nu is hij bovendien op vrijdagavond nog fris genoeg om te gaan tennissen.
Elke vrijdag lukt het hem met gemak om niet te drinken, waarmee hij telkens een succesje ervaart en zijn zelfeffectiviteit groeit. Zou je dezelfde klant echter na het tennissen op de vrijdagavond in een kroeg zetten met zijn stuk voor stuk stevig drinkende vrienden, dan is het goed mogelijk dat zijn voornemen sneuvelt. Deze tweede setting is natuurlijk een veel moeilijkere situatie wanneer je het voornemen hebt om niet of amper te drinken.
Om de kans op een succeservaring voor de klant zo groot mogelijk te maken, is het daarom ten eerste van belang om te weten wat voor diegene moeilijke situaties zijn. Breng ook in kaart welke strategieën de klant helpen om met zo’n lastige situatie om te kunnen gaan. De volgende praktische tips helpen om de zelfeffectiviteit te verhogen.
1: Bereid de klant voor op moeilijke situaties
Veel klanten die bij ons komen zijn vaak gemotiveerd, maar ze zijn er niet bewust van dat er ook moeilijke situaties gaan komen.
Ik geef daarom altijd al van tevoren aan dat het normaal is om terug te vallen. Hiermee creëer je een realistisch verwachtingspatroon. Een terugval is naast heel normaal ook een kans voor het vergaren van inzicht voor verbeterpunten. Bij zo’n terugval gaan we namelijk vervolgens samen onderzoeken hoe de klant het de volgende keer anders kan doen. Ook kijken we naar wat aan zo’n terugval voorafging; welke specifieke omstandigheden of waarschuwingssignalen zijn er aan te wijzen? Met die informatie kan sneller worden ingegrepen wanneer een terugval zich aandient.
2: Stel haalbare doelen op
De tweede tip is om haalbare doelen op te stellen. Immers maak je zo de kans op een succeservaring groter. Ik vraag tijdens coaching altijd door op hoeveel vertrouwen een klant heeft om een bepaald doel te halen, op een schaal van 0 tot 10. Ik stel bijvoorbeeld de volgende vraag aan de klant:
“Hoeveel vertrouwen (op een schaal van 0 tot 10) heb je erin om elke dag 30 minuten te wandelen?”
Scoort de klant diens vertrouwen met een 6, vraag dan waarom het geen 5 of lager is. Hiermee leg je de focus op wat de klant al goed kan.
Vervolgens kun je vragen wat er voor nodig is om van een 6 naar een 7 te gaan. Met deze vraag krijg je inzicht in de obstakels die de klant ervaart en weet je aan welke vaardigheden de klant kan gaan werken.
Probeer de zelfeffectiviteit voor een specifiek gedragsdoel van de klant zo hoog mogelijk te krijgen (het liefst een 8 of hoger). Je kunt hiervoor het doel opdelen in subdoelen; de eerste week 10 minuten per dag wandelen bijvoorbeeld, waarna je het opbouwt naar meer.
Ook wil je weten in welke situaties de klant denkt dat het wel of niet lukt om het voorgenomen gedrag succesvol uit te voeren. In de situaties waarin het niet lukt is het belangrijk om door te vragen. Wat zijn de obstakels? En welke vaardigheden mist de klant nog?
Vergroot de zelfkennis van de klant
Je klanten leren kennen heeft vaak tijd nodig. Een coachingstraject dat maar een paar maanden duurt is daarom vaak te kort. Zo had ik een klant die weken achter elkaar weinig moeite had om af te vallen. Na een paar maanden besloot hij om weer eens een Netflixserie te gaan kijken. Hij kreeg toen een enorme drang naar iets lekkers en nam een snack. Nu is het geen probleem om een keer te snacken, maar hij verloor de controle en zijn zelfeffectiviteit nam af. De dagen daarna nam het snackgedrag toe. Dit resulteerde in een tijdelijke terugval.
Tijdens het volgende gesprek legde ik hem uit dat gewoontegedrag opgeslagen zit in zijn hersenen. Hij was namelijk gewend om te snacken tijdens Netflix. Vervolgens gingen we deze gewoonte aanpakken. Hij deed weer opnieuw succeservaringen op en de zelfeffectiviteit nam toe.
3: Maak samen een plan met strategieën om niet terug te vallen
Aan het einde van het coachingstraject is het waardevol om samen met de klant een plan te maken dat helpt om een terugval te voorkomen. In dit plan kun je strategieën uitwerken die de klant kan toepassen om het gewenste gedrag te vertonen.
Bijvoorbeeld:
- Geen snacks in huis halen
- Tijdens de lunch wandelen
- Voldoende pauze nemen overdag
- Minder van jezelf eisen als je het druk hebt
Vervolgens is het ook waardevol om samen in kaart te brengen hoe de klant een terugval kan zien aankomen. Een terugval komt namelijk niet uit de lucht vallen en is een proces, zoals je in dit artikel kunt lezen over het ontstaan van een terugval.
Scenario’s opstellen met de klant
Om in kaart te brengen welke omstandigheden voor jouw klant risico’s op een terugval opleveren, kun je hier samen over brainstormen. De klant gaat hierbij onderscheid maken in verschillende scenario’s die je kunt duiden met groen, oranje en rood. Groen betekent ‘het gaat goed/je voelt je goed’ en bij rood ben je teruggevallen.
Per scenario kan de klant opschrijven wat er precies gebeurt. Wat doe je? Hoe voel je je en wat voor gedachten heb je? Hoe merken anderen aan jou dat je je in dit scenario begeeft en hoe zorg je ervoor dat je er in blijft of juist uitkomt? En hoe kunnen anderen je helpen?
Voorbeeld van een klant:
Groen
Dit merk je aan jezelf:
In dit scenario voel je je goed en heb je het gevoel dat je de situatie onder controle hebt. Je hebt geen behoefte om met eten stress te compenseren. Je bent fit, vrolijk en hebt veel zin om met anderen af te spreken.
Dit merken anderen aan jou:
- Je bent energiek en je hebt aandacht voor anderen.
- Je vraagt aan anderen hoe het gaat en staat open om af te spreken.
De volgende strategieën pas je bijvoorbeeld dagelijks toe:
- Je wandelt elke dag.
- Je haalt geen snacks in huis.
- Je mediteert voor het werk.
- Je spreekt voldoende met andere mensen af.
- Je neemt voldoende pauze overdag.
- Je plant voldoende leuke dingen in.
Oranje
Dit merk je aan jezelf:
In dit scenario heb je het bijvoorbeeld drukker op je werk en je voelt je minder goed. Je voelt bijvoorbeeld meer behoefte om jezelf te compenseren met lekker eten. Je voelt je meer opgejaagd, stelt dingen meer uit, slaapt onrustig. Ook voel je je meer onzeker en zit je minder snel vol.
Vervolgens kun je opschrijven wat de klant in het verleden in deze situatie geneigd was om te doen. Wat werkte wel en wat werkte niet? Dus wat kun je beter wel en niet doen? Hoe kunnen anderen je helpen? En hoe herkennen anderen aan jou dat het minder goed met je gaat?
Rood
In dit scenario val je terug in oude patronen. Je eet bijvoorbeeld om stress te compenseren en hebt het gevoel dat je geen controle meer hebt.
Ook hier kun je weer de bovenstaande vragen in verwerken; wat werkt en wat niet? Wat zijn voor anderen alarmbellen dat de klant zich in deze situatie bevindt? En wat kunnen zij doen om je te helpen?
Wanneer de klant ervaart dat je van ‘rood’ weer naar ‘groen’ kunt gaan geeft dat veel zelfvertrouwen. Hiervoor is het de kunst om de klant steeds beter te leren kennen en steeds beter door te hebben wat de waarschuwingssignalen zijn en wat de klant dan beter concreet wel en niet kan doen.
Wil jij meer grip op je coachingstraject als (toekomstig) professional? Klanten beter kunnen helpen met de juiste coachingtechnieken, modellen en gesprekstechnieken? Wij helpen je graag met onze nieuwe cursus: ‘Begeleid je cliënten naar blijvend resultaat’. Meer informatie over de cursus vind je via de volgende link.
Geef een antwoord