Meer dan 80% van de mensen die is afgevallen valt naderhand terug en komt weer aan in gewicht. Ook jij bent na het maken van bepaalde goede voornemens ongetwijfeld eens teruggevallen in oude gewoontes. Een terugval is dus heel normaal, en heel menselijk. Maar natuurlijk iets dat we liever voorkomen.
Gelukkig kun jij de kans op een terugval voor je klant flink verminderen, dankzij de laatste wetenschappelijke inzichten en praktische tips. Hieronder vind je alles dat je moet weten over effectieve terugvalpreventie.
Het terugvalpreventiemodel van Marlatt
Voordat we gelijk met oplossingen komen, eerst een uitleg van wat een terugval precies is en welke omstandigheden de kans vergroten op een terugval.
Een bruikbaar model waarmee je een terugval kunt verklaren is het terugvalpreventiemodel van Marlatt [1]. Dit gedragsmodel laat zien dat een terugval meestal begint met een bepaalde disbalans in diens leven en niet zomaar uit het niets optreedt.
Dit heb je misschien zelf ook wel eens meegemaakt. Je zit midden in een drukke periode en je merkt dat je vaker zin krijgt in iets lekkers.
Zo’n disbalans ontstaat wanneer de klant van alles van zichzelf moet en te veel last heeft van negatieve stress. Dit zorgt vaak voor de drang om hiervoor te compenseren met zaken die op korte termijn bevrediging geven.
Dit compenseren zie je vaak terug in cravings, oftewel sterke hunkeringen naar lekkere snacks.
Uit onderzoek blijkt dat stress het risico vergroot op terugvallen in oude gewoontes. Een belangrijke reden hiervoor is dat stress onze prefrontale cortex verzwakt. Hierdoor is het lastiger om je impulsen te remmen en zul je eerder terugvallen op automatismen; de handelingen die je gewend was om te doen in bepaalde situaties [2].
Wat de invloed is van stress op gewoontegedrag is bijvoorbeeld onderzocht in een interessant experiment [4].
In dit onderzoek werden verschillende respondenten aangeleerd dat suiker slecht is. Het ging er hier niet om dat suiker ook daadwerkelijk slecht is, want dat is niet het geval, maar om of de respondenten dat geloofden. Ook werd achterhaald in hoeverre de proefpersonen de gewoonte hadden om suikerhoudende drankjes te nuttigen. De proefpersonen werden aan verschillende taken gezet, en kregen van tevoren een drankje aangeboden, met of zonder suiker.
Het viel op dat zolang de respondenten geen mentaal inspannende taken moesten doen de meerderheid koos voor een suikervrij drankje.
Maar zodra de proefpersonen aan een inspannende of stressvolle taak werden onderworpen, verkozen degenen die waren gewend om frisdrank te drinken weer vaker voor frisdrank.
Kortom: de respondenten met een hardnekkige gewoonte om zoete frisdrank te drinken vielen bij een inspannende taak vaker terug in hun oude routine om suikerrijke drankjes te drinken. Terwijl alle proefpersonen aan het begin van het experiment ervan werden overtuigd dat suiker slecht is. Kennelijk is zo’n hardnekkige gewoonte om suikkerijke drankjes te nuttigen toch sterker.
Ook bij de coaching van klanten zie ik dit vaak terug. Neem cliënt Marieke, die het heel druk kreeg op haar werk en in die tijd bijna elke dag maaltijden liet bezorgen. Dit patroon ontstond vaker bij drukke periodes en ze gaf van tevoren aan dat ze hier wat aan wilde veranderen. Voordat ze het zo druk kreeg was er namelijk niks aan de hand.
Gelukkig ben je bij een craving niet verplicht gelijk naar iets lekkers te grijpen. Maar een craving weerstaan zal lastiger worden als een moeilijke situatie zich aandient. In het model van Marlatt wordt dit ook wel een ‘hoog risicosituatie’ genoemd.
Veelvoorkomende situaties met kans op een terugval
Er zijn verschillende veelvoorkomende scenario’s die de kans vergroten dat iemand wil compenseren en terugvalt in ongewenste gewoontes:
- Negatieve gevoelens zoals eenzaamheid of verdriet.
- Ruzie met een partner of andere dierbare.
- Anderen in de omgeving zorgen voor druk.
- Gewoontes zijn nog niet sterk genoeg ingesleten.
- Te veel negatieve stress op het werk.
Daarnaast treden er vaak nog een aantal gedachtenkronkels op die de klant in moeilijkheden kunnen brengen, legt hoogleraar Ingrid Steenhuis in het boek ‘Terugval en verleiding’. Mocht je dit interessant vinden, dan is dit een interessant boek om verder in deze materie te duiken.
Hieronder worden 3 veelvoorkomende gedachtenkronkels (ontremmende / saboterende) gedachten) toegelicht:
1. Rationalisatie
De eerste gedachtenkronkel wordt ook wel rationaliseren genoemd. Een voorbeeld hiervan is dat iemand diens eigen gedrag gaat rechtvaardigen. Je kent vast wel de gedachte: “Ik heb het de laatste tijd zo zwaar… Nu heb ik het wel verdiend om te snoepen.”
2. Ontkenning
Bij ontkenning overschat de klant de mate waarin diegene met verleidingen om kan gaan. Terwijl uit het verleden is gebleken dat de klant juist meestal níet goed met verleidingen om kon gaan en vaak zwicht voor iets lekkers.
3. Irrelevante beslissingen
Een irrelevante beslissing maak je wanneer je bijvoorbeeld geld meeneemt als je gaat wandelen, en daar “per ongeluk” en totaal onverwacht iets lekkers van koopt – terwijl je jezelf wijsmaakt dat je je portemonnee enkel meeneemt voor onverwachte situaties, zoals voor een taxi wanneer je onverhoopt verdwaald raakt in je eigen stad.
Hoe ga je met een hoog risicosituatie om?
Stel, de klant komt in een hoog risicosituatie terecht, dan is het belangrijk om hier op een effectieve manier mee om te gaan. Dit wordt ook wel een effectieve coping response genoemd. Hieronder volgt een voorbeeld.
Voorbeeld ‘Sanne’
Sanne heeft een zware dag gehad en voelt zich moe. Thuis krijgt volgt ook nog eens ruzie. Sanne raakt gefrustreerd en voelt een sterke drang om te grijpen naar iets zoets. Dit is voor Sanne een bekende hoog risicosituatie. Sanne krijgt ook last van de gedachtenkronkel: “Ik heb het nu wel verdiend om iets lekkers te eten”.
Vervolgens kan Sanne op twee manieren met die gedachtenkronkel omgaan:
1: Ineffectieve coping response
Een ineffectieve coping response van Sanne zou zijn wanneer er te veel in haar gedachten wordt meegegaan zonder erbij stil te staan of er ook andere strategieën zijn die kunnen helpen ontspannen. De kans op snacken is heel groot wanneer de opspelende gedachte dat iets lekkers nu wel is verdiend als ‘waar’ wordt beschouwd.
Wanneer Sanne wel de beslissing neemt om te gaan snacken leidt dat tot negatieve gevoelens en gedachten. Zoals “Ik heb het verprutst, ik kan het niet”. Het zelfvertrouwen neemt vervolgens af. Deze misstap kan eenmalig zijn. Maar deze uitglijder kan ook leiden tot een gedachte als “Ik heb het nu toch al verprutst, het maakt nu allemaal toch niet meer uit”. Dit wordt ook wel het alles-of-niets-principe genoemd. Resultaat is dat alle remmen vervolgens los gaan. Vaak zie je dat iemand in een negatieve spiraal terecht komt en steeds verder terugvalt.
2: Effectieve coping response
Een effectieve coping response [3] is bijvoorbeeld wanneer Sanne tegen zichzelf zegt: “Als ik mij gefrustreerd voel na mijn werk ga ik niet snacken, maar dan ga ik een rondje wandelen, of een vriendin bellen om over mijn gevoelens te praten. Er zijn namelijk effectievere manieren om tot rust te komen en te ontspannen”. Dit leidt tot meer zelfvertrouwen en verkleint de kans op een terugval.
Tip: Neem samen werkblad ‘Hoe ontstond de terugval?’ door met de klant om een terugval te analyseren. Via deze pagina kun je je hiervoor aanmelden voor de gratis mini-cursus over gedragsverandering & coaching.
Een waardevolle theorie die op het concept ‘coping’ aansluit is de attributietheorie. Deze theorie stelt dat mensen geneigd zijn om oorzaken toe te kennen (attribueren) aan gebeurtenissen. Hierbij wordt er onderscheid gemaakt tussen controleerbaarheid, locus van controle en stabiliteit.
Deze theorie kan waardevol zijn omdat een ongunstig attributiepatroon de motivatie en het zelfvertrouwen van de klant kan ondermijnen. Stel je klant zegt: “Het lukt me niet om te sporten. Ik kan het gewoon niet en kan beter stoppen.” In dit geval kun jij als coach doorvragen.
Je zegt bijvoorbeeld: “Kan je het nooit? Wanneer kan je niet? Zijn er momenten waarop het wel lukte?”
Of je vraagt: “Zijn er dingen die wel goed gingen?”
Of: “Ken je anderen die hetzelfde gevoel hebben?”
Met behulp van zulke vragen leer je de klant inzien dat er vaak bewijs tegen diens overtuiging is, waardoor het gevoel van controle weer toeneemt. Wat een positieve invloed heeft op motivatie.
Waarschuwingssignalen
Ten slotte is het waardevol om samen met de klant de waarschuwingssignalen in kaart te brengen. Waarschuwingssignalen zijn tekenen dat iemand dreigt terug te vallen. Voor de meeste mensen treden telkens dezelfde waarschuwingssignalen op wanneer ze een lastige tijd ervaren. Toch is je hiervan bewust zijn niet altijd even makkelijk. Breng samen met je klant dan ook specifiek in kaart welke signalen diegene herkent.
Voorbeelden van waarschuwingssignalen:
- Vaker snacks in huis halen.
- Slechter slapen.
- Minder gestructureerd eten of maaltijden overslaan.
- Minder bewegen.
- Onregelmatig eten.
- Ontevreden over het uiterlijk. Jezelf niet accepteren.
- Te veel moeten van jezelf.
- Je opgejaagd voelen.
- Meer hunkering naar lekkernijen.
- Vaker last van irrationele en negatieve gedachten. Zoals “Ik ben niet goed genoeg. Ik ben een faalhaas”. Of “ik heb het wel verdiend om te snoepen”.
- Spanning in het lijf.
- Minder zin in sporten door drukte of minder energie.
- Vaker dingen vergeten.
- Minder focus op het werk.
Hoe breng je zo’n terugval in kaart?
Bij gedragsverandering ontstaan nu eenmaal hoogstwaarschijnlijk momenten van terugval in oude gewoontes. Dat is heel normaal en het is goed om dat bij de klant te benoemen. Veroordeel de klant daar niet om. Een vraag die je kunt stellen wanneer de klant een misstap maakt en flink baalt van zichzelf, is: ”Wat zou jij tegen één van je geliefden zeggen als zij in jouw schoenen staan?”. Vaak zijn mensen dan veel milder tegen zichzelf.
De volgende stap is om te onderzoeken wat er aan zo’n situatie voorafgaat. Je kunt hier het werkblad ‘Hoe ontstond de terugval?’ voor gebruiken. Deze ontvang je bij onze mini-cursus, meld je aan via deze pagina.
Zoals je hebt kunnen lezen begint een terugval niet zomaar. Er gaan vaak al andere omstandigheden aan vooraf. De klant neemt bijvoorbeeld te weinig rust en ontspanning. Ook zien we vaak dat stress of irrationele gedachten het risico op een terugval vergroten. De klant vindt het bijvoorbeeld lastig om om hulp te vragen, omdat dit als zwak wordt bevonden of omdat diegene iemand anders niet wil belasten met diens problemen [3].
Met het werkblad Waarschuwingssignalen (meld je aan via deze pagina voor de download) in kaart brengen’ kun je samen de risicovolle omstandigheden in kaart brengen, welke activiteiten de klant energie kosten en welke juist energie geven. Tussen die laatste twee dient namelijk voldoende balans te bestaan; de boog kan immers niet altijd gespannen zijn.
Zoals ik in het begin van dit artikel stelde, ontstaat een terugval vaak door zo’n disbalans. Het is dan ook belangrijk om samen met de klant voor een structurele oplossing te zorgen en de nodige aanpassingen te doen in diens leven. Dit heeft natuurlijk de voorkeur voor alleen maar het leren herkennen van waarschuwingssignalen. Je moet waarschuwingssignalen namelijk zien als een teken van je lijf en geest dat deze niet goed gedijen in de huidige omstandigheden. Tijd voor actie dus.
Samenvatting
Dit model laat zien dat een terugval een al dan niet geleidelijk proces is en niet uit het niets ontstaat. Het begint vaak met een disbalans, waarbij de klant te veel moet van zichzelf en weinig toekomt aan ontspanning. Daarnaast kunnen de juiste copingvaardigheden voorkomen dat een misstap tot een terugval leidt.
Wil jij meer grip op je coachingstraject als (toekomstig) professional? Klanten beter kunnen helpen met de juiste coaching technieken, modellen en gesprekstechnieken? Wij helpen je graag met onze nieuwe cursus: ‘Hoe help je een klant naar een blijvend resultaat?’ Meer informatie over de cursus vind je via de volgende link.
Wil je graag persoonlijk contact voor meer informatie over deze cursus? Schrijf je dan hier in.
Geef een antwoord