Wat jij ook doet voor de kost of waar je wieg ook staat, uiteindelijk hebben de meeste mensen bijna allemaal hetzelfde doel in het leven: gelukkig zijn. Nu is de gedachte in het westen doorgaans dat je je daarvoor vooral op jezelf moet focussen. Geluk mag niet afhangen van een ander; daar ben je zelf verantwoordelijk voor.
Toch lijkt onderzoek iets anders uit te wijzen: wat mensen vooral gelukkig maakt, is prosociaal gedrag en je richten op de ander, en minder op jezelf.
Een interessant studie vergeleek de effecten een interne focus hebben (meer met jezelf bezig zijn) versus een externe focus (meer met de ander bezig zijn) op het mentaal welbevinden. Ofwel, worden we gelukkiger van prosociaal gedrag waarbij je iets aardigs doet voor een ander, of van egoïstisch gedrag waar alleen jij zelf beter van wordt.
Lees hier de interessante uitkomsten en doe er je voordeel mee!
De opzet van dit onderzoek
Maar liefst 473 deelnemers werden in dit online onderzoek 6 weken lang gevolgd. Ze werden onderverdeeld in 4 verschillende groepen:
- ‘Aardig voor een ander’: deze groep werd gevraagd drie aardige dingen voor een ander te doen op de volgende dag.
- ‘Aardig voor de wereld’: deze groep werd gevraagd iets goeds te doen voor de wereld of de mensheid, in de vorm van het doen van drie dingen de volgende dag die de wereld beter zouden maken.
- ‘Egoïsten’: deze groep werd gevraagd iets aardigs te doen voor zichzelf; ook hier betrof het drie dingen op de volgende dag.
- een controlegroep die niet gevraagd werd een van bovenstaande gedragingen te vertonen.
4 weken lang kregen ze deze opdracht op het wekelijkse meetmoment. Hierna werd de deelnemers gevraagd om wekelijks hun handelingen vast te leggen, gerelateerd aan het onderwerp van het onderzoek. Drie verschillende onderzoekers beoordeelden vervolgens of dit gedrag paste bij ‘aardig voor een ander’, ‘aardig voor de wereld’, of ‘egoïsme’.
Daarbij werd elke week hun mentale welzijn gemeten en in hoeverre zij negatieve en positieve emoties ervaren. Om te kijken of hier veranderingen in te zien waren, werden deze variabelen als eerste gemeten voordat de proefpersonen over de onderzoeksgroepen verdeeld werden. Hierbij bleek dat tussen de groepen op dat moment geen verschil te zien was.
En, wat maakte gelukkiger?
Kun je raden welke groepen gelukkiger werden naarmate het onderzoek vorderde?
Juist: de eerste twee groepen, die gevraagd werd prosociaal gedrag te vertonen. De deelnemers van deze groep ervaarden week na week aan steeds minder negatieve emoties en steeds meer positieve emoties. Sterker nog, de groep die gevraagd werd op zichzelf te focussen ging er niet op vooruit wat betreft levensgeluk.
Wat ook opvalt is dat dit gelukkig makende effect van prosociaal gedrag aanhield in de twee weken ná de interventie. De deelnemers werd namelijk alleen in de eerste 4 weken gevraagd hun gedrag aan te passen, en werd in week 5 en 6 nogmaals naar hun mentaal welzijn gevraagd. Zoals je in de figuur kunt zien, gaat hun mentaal welzijn er elk van de eerste 4 weken op vooruit, en neemt het zelfs nog toe nadat ze (bewust) stoppen met het prosociale gedrag.
Dit onderzoek is interessant voor iedereen die gelukkiger wil worden. Zelfs voor egoïsten kan het dus de moeite waard zijn om wat meer op de ander de focussen. Althans, in ieder geval op één dag van de week zoals in in dit onderzoek van de deelnemers werd gevraagd 😉
P.s.: meer lezen over wat gelukkig maakt? Check deze artikelen: