Het hormoon testosteron wordt in de volksmond ook wel het mannelijk hormoon genoemd. Het imago is dat de boys die vol testosteron zitten helemaal het mannetje zijn en dus echte jagers op de datingmarkt. Een aantal onderzoekers had dan ook de vraag: zit er een verband tussen je testosteronwaardes als man en je relatiestatus? Neemt dit zogenoemde ‘mannelijke’ hormoon bijvoorbeeld af als je niet meer vrijgezel bent?
Als je de data van deze studie vluchtig bekijkt kun je beter na de wittebroodsweken je partner dumpen of maar van een relatie afzien… Hoe zit dit echt? En nog belangrijker: zijn die lagere testosteronlevels iets om je zorgen over te maken als man?
Inhoudsopgave
Het onderzoek
Als je de onderstaande afbeelding mag geloven is een lange relatie slecht voor je testosteron als man. Zo blijkt uit een studie bij 76 heteroseksuele mannen waarbij een speekseltest werd afgenomen om hun testosteronlevels te meten [1]. Deze hoge testosteronwaarde (T-waarde), is heilig voor sommige krachtsporters. Een relatief hoge T-waarde wordt namelijk in beperkte mate gelinkt met meer spiermassa en een beter herstel.
In deze afbeelding zie je in de rechter balk duidelijk dat de mannen met een lange relatie (van meer dan een jaar) minder testosteron in hun speeksel hadden. Maar wat zegt dit nu? Is een lange relatie echt ongewenst voor de gemiddelde heteroseksuele man? We nemen je hieronder even mee in hoe je deze resultaten mag interpreteren.
Relatie zegt niet altijd iets over oorzaak en gevolg
Het gaat hier om een zogenaamde observationele studie zonder interventie en met maar één meetmoment. Kortom: het is niet mogelijk om een oorzaak-gevolg uitspraak te doen over een eventueel effect. Het kan immers ook zo zijn dat mannen met een lager testosteronniveau het type is dat zich goed voelt in een lange relatie. Het hoeft dus niet zo te zijn dat T-waardes daadwerkelijk dalen als mannen verkering hebben. We weten in dit geval niet of het veranderen van de relatiestatus een effect heeft op je testosteron.
Binnen wetenschappelijk onderzoek kunnen we je relatiestatus helaas niet forceren. Je ziet het vast niet voor je: een studie waarbij 50% van de deelnemers wordt opgedragen om hun relatie te beëindigen, waarna hun testosteron wordt gemeten… Daarom moeten we het doen met observationele studies, die gewoonweg kijken naar de gegevens van de deelnemers op dat meetmoment.
Meer studies keken naar het verband tussen relatie en testosteron.
Dit moet je weten:
Na een korte zoektocht in de wetenschappelijke literatuur bleek dat deze studie niet op zichzelf staat. Een recente overzichtsstudie bevestigt het beeld. Meerdere onderzoeken beschrijven bijvoorbeeld dat vaders die bij de kinderen blijven en/of in een relatie zitten lagere T-waardes hebben dan single vaders of mannen die geheel ongebonden navigeren door het leven [2].
De verklarende theorie is de zogenaamde The Challenge Hypothesis. Kort gezegd geeft die aan dat “testosteron de agressie bevordert wanneer het gunstig zou zijn voor de voortplanting, zoals het bewaken van een partner, of eventuele seksuele partners.”
Natuurlijk is dit wel heel plat. En misschien niet iets waar jij jezelf of jouw relatie(s) snel in herkent.
Daarom wil je liever weten: wat gebeurt er met dat testosteron als je mannen meerdere maanden volgt?
Meer recent werd een studie (hieronder afgebeeld) uitgebracht waarbij mannelijke studenten één jaar gevolgd werden [3]. Hier kwamen verrassende inzichten uit. Namelijk dat de testosteronwaardes omhoog gingen bij zowel diegenen die hun relatie verbraken (of gedumpt werden…), als de mannen die een relatie aangingen. Diegene die al een relatie hadden, bleven op hetzelfde, relatief lagere testosteron ‘hangen’.
Waarom verschilt die T-waarde tussen mannen met verschillende relatiestatussen?
We stipten al even kort de The Challenge Hypothesis aan als verklaring: de vrijgezelle man of relatie-beginner zit nog vol instincten waar dat testosteron voor nodig is. Een beetje een oermens-theorie dus, en misschien niet helemaal volledig voor de moderne man. Om meer de diepte in te gaan dan deze platte biologische insteek, volgen hier vier mogelijke verklaringen waarom de T-waardes verschillen tussen deze groepen met verschillende relatiestatussen.
1. Korte relatie is nog steeds onzeker
Zoals de data van het eerste onderzoek lijken aan te geven [1], hadden mannen met een korte relatie niet een lagere T-waarde dan vrijgezellen. Dit kan mogelijk komen omdat ze nog niet volledig gebonden zijn aan hun partner en nog concurrentie voelen van andere concurrenten of zich nog half (onbewust) op de dating markt begeven. (In het geval het zo zou zijn dat de T-waardes van de mannen daalden door de lange relatie – maar dat konden we in deze specifieke studie dus niet aantonen.)
Het idee van de link tussen concurrentie en testosteron lijkt wel enige ondersteuning te vinden van eerder onderzoek [4]. Mogelijk geeft het lichaam een signaal om testosteron te blijven afgeven om de seksuele positie te verbeteren. Dat is in deze speculatie althans het doel, maar of dat ook het daadwerkelijke resultaat zal zijn is natuurlijk maar de vraag.
2. Relatie boost je zelfvertrouwen en seksuele activiteit
Diegene die net een relatie aangaan hebben mogelijk meer seksuele activiteit en/of meer bevestiging in hun seksuele waarde. Dit resulteert weer in een hogere afgifte van testosteron, vergeleken met de mannen die al een tijdje ‘bezet’ zijn.
3. Het is maar net hoe je de ‘relatie’ bekijkt
Een andere optie is dat mannen die zich begeven in een relatief korte relatie dat an sich niet als een lange-termijn-commitment zien. Daarbij voelen zij zich (onbewust) genoodzaakt om meer testosteron af te geven om gedreven te blijven om meer (optimale) partners te zoeken.
4. Kip of het ei-verhaal
Het kan ook zo zijn dat mannen met van nature hogere T-waardes mogelijk kortere relaties hebben omdat testosteron seksueel gedrag stimuleert. We weten bijvoorbeeld uit onderzoek: een verhoogd testosteron als gevolg van het winnen van een wedstrijd of positieve levensgebeurtenis leidt tot toegenomen seksuele oriëntatie en seksueel gedrag [5]. ‘Winnen’ geeft een boost aan het zelfvertrouwen en werkt zo als katalysator om de kans op nageslacht te optimaliseren. Die mannen gaan dus sneller op jacht naar potentiële partners, al is het maar voor een korte periode van seksuele actie. Deze jagers met hoge testosteronwaardes proberen het wel eens om verkering te nemen, maar dat strandt gewoonweg ergens in het eerste jaar. Omdat ze te veel om zich heen blijven kijken, vreemdgaan of het om een andere reden voor gezien willen houden.
Nu is het dus de vraag of juist de relatiestatus de hormonale afgifte stimuleert, of dat juist testosteron de oorzaak is van het seksuele gedrag. Het welbekende kip of ei-verhaal binnen cross-sectioneel onderzoek. Wat was er eerst in dit verband?
Hoe zit dit bij vrouwen en ouderen?
Een vergelijkbaar effect lijkt op te treden bij vrouwen. De T-waardes zijn lager zowel bij vrouwen in een relatie als zij die een kind hebben [6][7][8].
Meer testosteron is meer vreemdgaan?
Daarnaast is het nog interessant om te vermelden dat uit het eerste genoemde onderzoek naar voren kwam dat een hoger testosteron niet gelinkt is aan meer kans op vreemdgaan of het denken over vreemdgaan [1]. Maar ook dit moet eerst verder herhaald worden om hier meer duidelijkheid over te krijgen.
Relatie is wél goed voor je beoordeling van je eigen fysiek
Interessante bijvangst bij deze zoektocht: ander onderzoek geeft aan dat mannen in een relatie meer tevreden zijn met hun lichaam [9]. Kortom mannelijke singles zijn naast al dat jagen mogelijk ook meer op zoek op FIT.nl naar tips om hun fysiek te verbeteren.
Mogelijke kanttekeningen bij dit onderzoek
Daarnaast is het natuurlijk een beetje arbitrair om een relatieduur van één jaar als grens te pakken voor de definitie van een meer intieme of lange relatie. Mogelijk verandert het effect als hier meer een schaal gebruikt wordt in maanden of intensiteit. En ook dat er gecontroleerd wordt voor de mate van monogamie, door consentuele pologyamie hierbij te betrekken.
Verder is het meten van de T-waarde door een sample van speeksel niet de meest betrouwbare methode. Maar het is wel makkelijk schaalbaar om grote groepen te analyseren.
Cortisol speelt mogelijk ook een rol
Verder is het interessant om te vermelden dat uit een studie blijkt dat het hormoon cortisol bij speeddating meer bepalend was voor partnerkeuze dan het hormoon testosteron [10]. Cortisol wordt ook wel het stresshormoon genoemd. Het is dus de vraag of we bij partnerselectie iets breder moeten kijken dan alleen het “mannelijk” hormoon.
Je bent niet je hormonen
Om af te sluiten: je bent niet je hormonen. Hormonen verklaren maar een deel van je gedrag. Een factoor zoals omgeving is minstens zo belangrijk voor je gedrag en mentale en fysieke gezondheid. Kijk maar naar het verschil in uitkomsten bij minder monogame culturen en relaties, waarbij je mogelijk heel andere effecten en verbanden ziet.
Ook is het interessant als toekomstig onderzoek ook kijkt naar oudere leeftijdscategorieën (vaak studenten omdat het makkelijk te onderzoeken is; zijn vaak onderdeel van dezelfde universiteit) en natuurlijk een breder pallet met niet alleen de heteroseksuele relaties zoals in de bovenstaande onderzoeken.
Plus: een daling van je testosteron hoeft niet per se schadelijk voor je te zijn! Zeker niet als je gelukkiger wordt van je relatie(s) is er geen man overboord. Daarnaast is testosteron niet de grootste voorspeller voor spiermassa. Het is een factor die meespeelt in de mix.
Meer weten over het effect van testosteron en wat de relatie hiermee is met je gezondheid en sportprestaties? Luister de onderstaande podcast.
Geef een antwoord