Naar schatting hebben zo’n 720.000 mensen in Nederland diabetes type 2 (DM2). Daarnaast zijn er circa 250.000 mensen met DM2 die geen klachten hebben, omdat bijvoorbeeld het bloedsuikergehalte maar een klein beetje verhoogd is. Daardoor weten ze niet dat ze diabetes hebben [1]. DM2 komt vooral voor bij volwassenen en ouderen, al komt het ook steeds vaker voor bij jongeren. Maar wat is DM2 nu eigenlijk en waar moet je rekening mee houden in je dieet en tijdens het sporten?
Wat is DM2?
Wanneer je bepaalde koolhydraten binnenkrijgt, zet het lichaam deze om in glucose wat in het bloed terechtkomt. Daar noemen we het bloedglucose of bloedsuiker. Via het bloed komt de glucose terecht in de lichaamscellen. Zo levert glucose energie aan het lichaam. Cellen nemen bloedsuikers op met behulp van het hormoon insuline. Dit hormoon wordt in de alvleesklier gemaakt. Normaal zorgt het lichaam dat er genoeg insuline is om de suikers uit het bloed in de cellen te krijgen. Insuline werkt eigenlijk als een sleutel: het opent de deuren van de lichaamscellen zodat de bloedsuiker naar binnen kan gaan.
Diabetes type 2 ontstaat doordat lichaamscellen ongevoeliger worden voor insuline. Dit heet insulineresistentie. Door de insulineresistentie nemen je cellen minder bloedsuikers op. Zo stijgt je bloedsuiker steeds meer, waardoor de alvleesklier ook steeds harder moet werken. Op een gegeven moment kan de alvleesklier de vraag naar meer insuline niet aan en raakt uitgeput. Hij maakt dan minder insuline aan.
DM2 heeft een ‘progressief verloop’. Dit betekent dat de functie van de alvleesklier (deze produceert insuline) steeds verder afneemt. Om de diagnose DM2 te kunnen stellen, wordt het bloedglucosegehalte in het bloed bepaald. Bij gezonde personen behoort deze tussen de 4 en 8 mmol/L te zijn. We spreken van DM2 bij:
- een waarde groter dan 6,7 mmol/L of hoger na lang niet eten (nuchter) of
- een waarde groter dan 11.1 mmol/L of hoger twee uur na een maaltijd.
De kans op diabetes type 2 hangt af van een aantal factoren. De kans om deze ziekte te ontwikkelen neemt toe:
- Bij overgewicht. Vooral buikvet zorgt voor een grotere kans op diabetes type 2. Door overgewicht kunnen de lichaamscellen minder gevoelig worden voor insuline.
- Wanneer iemand weinig beweegt.
- Door ongezonde voeding met veel verzadigd vet en weinig vezels.
- Als een ouder, broer of zus diabetes heeft.
- Als iemand in het verleden zwangerschapsdiabetes heeft gehad of als de moeder zwangerschapsdiabetes had.
- Bij een bepaalde etniciteit. Diabetes type 2 komt vaker voor bij Hindoestanen, Turken en Marokkanen. Ook komt het bij deze groepen vaker op jongere leeftijd voor: al vanaf 35 jaar.
- Bij een hoge bloeddruk.
- Bij een te hoog cholesterolgehalte.
- Bij vetstofwisselingsstoornissen.
- Als je rookt: dat maakt het lichaam minder gevoelig voor insuline [1,2,3,4].
Veel mensen met DM2 hebben overgewicht en zijn vaak wat ouder. Vandaar dat het in de volksmond ook wel ouderdoms- of overgewichtsdiabetes wordt genoemd.
De behandeling van DM2
Een verhoogde bloedglucosewaarde kan op langere termijn meerdere complicaties met zich meebrengen. Het doel van de behandeling bij DM2 is dan ook het voorkomen of uitstellen van deze complicaties. De behandeling van diabetes type 2 bestaat meestal uit verschillende onderdelen:
- Bloedglucose tussen 4 en 10 mmol/l houden (meestal met tabletten)
- deze tabletten stimuleren de insulinegevoeligheid, remmen de nieuwvorming van glucose en/of stimuleren de insulineafgifte.
- Gezond gewicht bereiken en vasthouden.
- Voeding aanpassen: koolhydraten in evenwicht brengen met glucoseverlagende medicijnen.
- Cholesterolgehalte in het bloed verlagen
- met behulp van voeding en/of medicatie.
- Bloeddruk verlagen
- met behulp van voeding en/of medicatie.
- Bezoek aan diabeteszorgverleners: huisarts of diens praktijkondersteuner, internist, diabetesverpleegkundige en diëtist.
Regelmatig bijstellen
De functie van de alvleesklier neemt bij dit type steeds verder af. Hierdoor is het nodig de behandeling regelmatig bij te stellen. Soms moeten ook mensen met type 2 op den duur insuline spuiten. En dit laatste wil je zo lang mogelijk kunnen uitstellen [1,2,3].
Voeding
De voedingsadviezen bij DM2 komen overeen met de ‘richtlijnen goede voeding’ zoals verwerkt in de Schijf van Vijf van het Voedingscentrum. Je mag dus ook gewoon koolhydraten eten. Daarnaast wordt extra aandacht gevraagd voor de hoeveelheid zout in de voeding en de soorten vetten in de voeding.
Vetten
Mensen met diabetes hebben een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Het is daarom belangrijk om andere risicofactoren zo veel mogelijk in te perken, bijvoorbeeld het cholesterolgehalte. Er zijn goede soorten vet; ‘onverzadigd’, en slechte soorten vet; ‘verzadigd’ en transvet. Het is beter om zo weinig mogelijk verzadigde vetten te eten. En zo min mogelijk ‘transvet’, want dat is nóg ongezonder. Veel slechte soorten vet zitten bijvoorbeeld in vet vlees, koekjes, gebak, snacks en zoutjes. Kies liever voor onverzadigde vetten. Deze zitten bijvoorbeeld in vis, noten, olijfolie en avocado. Eet liefst twee keer per week vis, waarvan minstens een keer vette vis. Denk hierbij aan zalm, makreel, haring, forel of sardines. Want daar zitten veel gezonde visvetten in.
Zout
Mensen met diabetes hebben vaker dan normaal een hoge bloeddruk. Eet per dag niet meer dan 6 gram zout. Probeer niet te veel kant-en-klare voedingsmiddelen te nemen. Daar zit meestal veel zout in. Denk aan vleeswaren, sauzen, kant-en-klare maaltijden, soep, snacks en chips [5].
Sporten
Voldoende beweging is voor iedereen gezond, maar voor mensen met DM2 brengt het nog meer gezondheidsvoordelen met zich mee. Ten eerste helpt beweging natuurlijk bij het afvallen, wat een deel van de behandeling is mits er sprake is van overgewicht. Daarnaast neemt de insulinegevoeligheid bij voldoende inspanning ook toe, waardoor de glucosewaarden beter te reguleren zijn en soms de medicatie ook verlaagd kan worden of op langere termijn zelfs helemaal gestopt kan worden [1,2,3,4]. Uit onderzoek is gebleken dat inspanning na het ontbijt zorgt voor een lagere glucosepiek na het ontbijt en een betere bloedglucose gedurende de gehele dag. Dit effect is al te zien met een simpele wandeling, maar sporten heeft een nog groter effect! [6]
Bij medicatiegebruik in de vorm van tabletten hoeft er niet speciaal voor een inspanning extra te worden gegeten, omdat er geen sprake is van een risico op een te lage bloedglucose – in tegenstelling tot diabeten met type 1 diabetes of met type 2 diabetes die insuline gebruiken.[7] Voor tips waar je daar rekening mee moet houden rondom de inspanning verwijs ik naar het artikel ‘Voeding en sport bij diabetes type 1‘.
Referenties:
[1] Voedingscentrum (d.o) Diabetes type 2. Geraadpleegd via: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/diabetes-type-2.aspx
[2] Diabetes Fonds (2015) Diabetes in het algemeen. Geraadpleegd op www.diabetesfonds.nl
[3] Diabetes vereniging Nederland (2015) Diabetes type 2. Geraadpleegd op http://dvn.nl/
[4] Hartman, E. (2006) Mens en voeding
[5] Diabetes Fonds (2015) Lekker en gezond eten met diabetes.
[6] Van Dijk (2013) Exercise Therapy in Type 2 Diabetes: Is Daily Exercise Required to Optimize Glycemic Control?
[7] Louise Burke (2007) Clinical sports nutrition.