Hoe belangrijk zijn familie en vrienden voor je motivatie om te sporten?

Herkenbaar? Je bent eindelijk thuis van een lange werkdag en ondanks je voornemen heb je écht geen zin meer om te sporten? Wees niet bang: je bent niet de enige die wel eens verzaakt. Gelukkig zijn er een aantal manieren om jezelf te motiveren. Een goede motivator blijkt bijvoorbeeld de steun van familie en vrienden. Lees hier wat je vrienden en familie voor jouw sportprestaties kunnen betekenen.

Op de momenten dat je afhaakte, wat weerhield je er toen eigenlijk van om te gaan sporten? Een gebrek aan motivatie lijkt vaak het werkelijke probleem. Sporten krijgt geen prioriteit omdat we de positieve uitkomsten niet zien of we geven het excuus ‘geen tijd’ ^[1,2]. De tijd die je in sport en beweging steekt, kun je immers niet besteden aan je werk, aan je partner of aan je kinderen. Daarnaast lijkt een belangrijke factor het vertrouwen in eigen kunnen (self-efficacy) te zijn ^[3].

Verschillende soorten motivatie

Motivatie kan van binnenuit komen, wat intrinsieke motivatie wordt genoemd: iets doen omdat je het leuk vindt of je er blij van wordt of omdat je het gevoel hebt iets te bereiken ^[4]. Motivatie kan ook van buitenaf komen, dat wordt extrinsieke motivatie genoemd: iets doen omdat je het zo hoort volgens je omgeving ^[3].

Mensen die intrinsiek gemotiveerd zijn hebben geen problemen om van de bank te komen en te gaan bewegen. Immers ze vinden het zelf leuk om te doen en deze mensen krijgen dus meteen een beloning van hun gedrag. Wat blijkt: intrinsiek gemotiveerde mensen sporten regelmatiger en gedurende een langere tijdsperiode dan extrinsiek gemotiveerde mensen ^[2].

Betekent dit dat je dan meteen gedoemd bent te falen als je niet (meteen) intrinsiek gemotiveerd bent? Nee, natuurlijk niet! Bij extrinsiek gemotiveerde mensen komt de motivatie eerst van buitenaf: de maatschappij die het belangrijk vindt dat je er goed uit ziet of je partner die graag wil dat je je pokkel transformeert naar een six-pack. Een belangrijke factor daarbij is sociale steun van je familie, je vrienden en je partner. Al sinds de jaren ’80 wordt hier onderzoek naar gedaan en elke keer blijkt weer: sociale steun helpt bij het beginnen met sporten, maar ook bij het door blijven gaan met sporten ^[5].

Waarom helpt sociale steun?

Zoals eerder gezegd, spelen twee belangrijke redenen mee die mensen ervan weerhouden te gaan sporten. Prioriteit stellen vanwege gezondheid en tijd zijn geen excuses. We weten inmiddels allemaal dat sporten gezond is. Ook gaat de vlieger “anders hou ik geen tijd meer over voor mijn partner” niet op; sleur gewoon die partner mee en tel uit je winst! Een andere belangrijk excuus om niet te sporten, heeft te maken met een slecht gevoel over de zelfredzaamheid (self-efficacy). Nu geeft steun van je omgeving je het gevoel dat je het wél kunt ^[6]. Bovendien blijkt dat als je andere mensen ziet sporten die op jou lijken, jij je daar aan op zult trekken ^[7]. Als zij het kunnen, waarom zou jij het dan niet kunnen? Ook dit draagt dus bij aan het gevoel van zelfredzaamheid.

Nog meer goed nieuws: ook al komt je sportgedrag voort uit extrinsieke motivatie, als je het gevoel hebt dat je het kunt, zal de motivatie steeds meer vanuit jezelf komen. Je gaat sporten leuk vinden! Kortom, je motivatie verandert naar een intrinsieke motivatie ^[8]! De zin om op die bank neer te ploffen na een lange dag werken zal je steeds minder bekend voorkomen.

Herken je van jezelf dat een gebrekkige intrinsieke motivatie je ervan weerhoudt te gaan sporten, dan weet je wat je te doen staat: maak een afspraak met je fitness buddy, kom van die bank af en ga sporten!