Van 10 tot 12 maart organiseerde Perform Better de Get Together Conference 2017 in Amsterdam. Naar eigen zeggen is dit Europa’s grootste conferentie voor “bewegingsprofessionals”. Als sportdocent en forummoderator mocht ik voor FIT naar GTC 2017. In deze blog deel ik mijn ervaring van dit unieke sportevent.
Het doel van deze conferentie is om het een leerzame ervaring te laten zijn voor bezoekers. Dat is ook wel te zien aan de opzet. Elke spreker hier is een grote naam in zijn vakgebied. Eigenlijk hebben ze allemaal wel wat zinnigs te vertellen. Bijzonder om met een paar honderd trainers te luisteren naar een selectie inspirerende toppers uit het vak. Met een aanvangstijd van 07:30 was het vroeg dag. Geen probleem, ik had er zo veel zin in dat ik voor de wekker goed en wel af ging al naast m’n bed stond. De conferentie werd gehouden in het USC Sports center in Amsterdam. Voor mij geen hele lange rit. Met bezoekers uit Frankrijk, Italië, Amerika, Groot Brittannië, Duitsland en meer vermoed ik dat de meesten toch voor een hotel hebben gekozen.
Inhoudsopgave
Houd het simpel
De eerste spreker was Dan John. Een Amerikaanse specialist op het gebied van krachttraining en atletiek. Een inspirerend figuur. Hij weet waar hij het over heeft, heeft een berg kennis en nog veel meer ervaring. Als je dan ook nog eens, zoals hij, je kennis over kan dragen met een dosis humor en zelfspot, weet je het publiek wel te boeien. Wat me opviel in zijn benadering van krachttraining is de nadruk die hij legt op eenvoud. Wel (heel) hard werken natuurlijk, maar zo veel mogelijk zonder randzaken. Wellicht gaat hij er verder in dan de meeste trainers zouden willen, maar er zit wat in. De belangrijkste les van hem is het belang van focus. Als je iets goed wilt doen (afvallen, sterker worden, aankomen…) moet je alle randzaken zo veel mogelijk vermijden. Zo simpel is het. Simpel… maar niet makkelijk! In een volgende ronde ging hij hier wat dieper op in en lichtte hij zijn trainingsopbouw toe. Hier kwamen ook de “loaded carries” (til iets zwaars op en loop er mee rond) aan bod. Deze worden gelukkig steeds meer gebruikt in het trainerswereldje en zijn een mooie manier om je stabiliserende spieren aan het werk te zetten. Als jij ooit nog eens de kans krijgt om naar deze man te komen luisteren: een aanrader.
Natuurlijk is er ook wel wat commercie te vinden, dus ik heb wat standjes bezocht en ben wat gesprekken aangegaan. Om dat stukje compleet te maken heb ik de hele dag rondgelopen op Vibram Five Fingers. Je weet wel, die “gekke tenenschoentjes”. Erg persoonlijk natuurlijk, maar ik vind ze geweldig lopen. Helaas heb ik hele eigenwijze kleine tenen en gebruikte ik ze als “Four Fingers”. Wellicht later nog eens proberen in een maatje kleiner, maar voorlopig hou ik het bij de “gewone” natural running schoenen.
Workshop TACFIT
Gedurende de rest van de dag konden we allemaal kiezen uit 5 verschillende workshops. Vanwege mijn interesse in bodyweight fitness sluiten al mijn keuzes daarop aan. De eerste sessie was op papier een workshop barefoot running. Ik heb heel even getwijfeld omdat ik hier zelf al best een tijd mee bezig ben. Je loopt dan het risico dat er niets nieuws wordt verteld. Toch maar gegaan. Uiteindelijk bleken de plannen veranderd en heeft Fabrice de Ridder (BE) me kennis laten maken met tacfit (tactical fitness). Ik had er eerder wel eens wat over gelezen, maar dit was de eerste praktische kennismaking met deze zogezegde slimste trainingsvorm. Leuk om met een trainer te werken die zo overduidelijk enthousiast is over zijn “product”. In de middagpauze heeft hij me ook nog wat laten zien van de clubbells. Daar zit meer in dan je denkt, maar ik weet nu ook weer waarom ik zo slecht ben in dansen. Er is heel wat meer coördinatie voor nodig om ermee te werken dan voor een deadlift of iets dergelijks. Maar op die “C” van coördinatie kom ik zo terug.
Ik denk dat de meeste mensen tacfit in de alternatieve hoek zouden plaatsen. Dat komt deels door een stukje marketing wat gebruikt wordt, maar zeker ook door de inhoud; complexe bewegingen, uitvoeringen die net iets anders dan gebruikelijk zijn en het gebruik van clubbells zijn zomaar wat voorbeelden. De grap is dat je met veel van de oefeningen alle grondmotorische eigenschappen in één keer aanpakt: coördinatie, lenigheid, uithoudingsvermogen, kracht én snelheid (CLUKS). Het programma is niet sportgericht, maar probeert duidelijk in de breedte te werken. Als dat past bij je doelen, dan is tacfit een intensieve maar ook interessante en leuke manier om er naartoe te werken. Dat het “anders” is, is voor mij een pré. Jammer dat er in Nederland nog niet zo veel mee gebeurt.
Oefenen op de handstand
Ik heb verder nog een handstand-workshop gevolgd van Mike Fitch (USA). Hij is bekend van bodyweight training (inclusief een online programma “The Bodyweight Athlete”) en een programma dat “Animal Flow” heet. Dat laatste programma heeft wel wat overlap met sommige tacfit-oefeningen trouwens. Verder weet ik niet meer van hem en/of zijn programma’s dan er op zijn websites te vinden is, maar die waren interessant genoeg om naar deze workshop te gaan. De handstand die Mike Fitch voorstaat is er één die volledig in het verticale vlak staat. Dat is niet de versie die ik ooit heb moeten leren, dus dat viel flink tegen. Van zijn workshop kwam ik vooral weg met een goede warm-up-flow voor de schouders. De overige informatie was voor mij eigenlijk al bekend. Als je zo’n tijd intensief bezig bent met een handstand heb je overigens gelijk een goede workout te pakken. Je krijgt immers de beste balans als je álles keihard aanspant. Dus dat deden we. En nog eens… En nog eens… Wel leuk, ik ga dit zeker weer oppakken! Wie weet kom ik nog eens in die verticaal staat, in plaats van met een wat holle rug te staan.
MovNat
De laatste twee workshops van de dag heb ik gevolgd bij Jerome Rattoni (FR) van MovNat. MovNat is een interessant programma. Eigenlijk is dit “lichamelijke opvoeding” pur sang. Nee, ik bedoel niet de gymlessen op school. Sterker nog, die hebben de grondlegger van de methode (Erwan Le Corre) juist aan het zoeken gezet naar iets “beters”. Het uitgangspunt is eigenlijk dat je fit moet zijn om jezelf nuttig te kunnen maken. Door intensief te werken aan basale motorische vaardigheden zoals balanceren, kruipen, springen, gooien, zwemmen etc. komen bijvoorbeeld kracht en snelheid automatisch mee. Je pakt je fysieke ontwikkeling als het ware op waar je er als kind min of meer mee gestopt bent. Ik volg deze methode al een tijdje (op afstand dan, ik beoefenen het zelf niet) en zie het steeds meer als een leefstijl en steeds minder als een “methode”. Toch zitten er een heleboel oefeningen bij waar ik in mijn sportpraktijk wat mee kan, voornamelijk door het speelse karakter. Het is alleen de vraag of ik kan wennen aan deze totaal andere insteek in trainen…
Mijn mening
Aan het eind van de dag ging ik naar huis met een beetje een dubbel gevoel. Het was inspirerend om rond te lopen tussen zo veel sportprofessionals. Dat maak je niet vaak mee. Ook is het leuk om mensen in het echt te ontmoeten die je normaliter alleen op internet of in boeken langs ziet komen. Indrukwekkend wat voor kennis zij hebben verzameld vanuit de passie voor hun vak. Ik heb zinnige dingen gehoord en gezien en ben ook echt wel wat wijzer geworden. Dat er nu langzaam meer gekeken wordt naar de absolute basis van het menselijk bewegen juich ik van harte toe!
Maar verder… eigenlijk is er niet zo veel nieuws onder de zon. De basis van krachttraining is nog steeds de basis van krachttraining. Slimme mensen proberen uit “nieuwigheden” nog steeds iets te halen wat commercieel inzetbaar is. Als we ons met z’n allen wat minder richten op de laatste trends en ervoor zorgen dat oude wijsheden niet worden vergeten, hoeven we ook het wiel niet meer opnieuw uit te vinden. Dan zijn we energiek, soepel, fit en gezond genoeg om van daaruit (DE basis!) de dingen te gaan doen die we leuk vinden, of dat nou powerlifting of spelen met de kleinkinderen is.
In het oerwoud van de fitness- en lifestylewereld ligt daar denk ik nog de grootste uitdaging
Geef een antwoord